Esther Verhoef

Foto: Max Crop

 

Waar gaat je boek over?
Alter ego gaat over dertiger Lynn die nog niet zo lang is getrouwd met de twintig jaar oudere Camiel. Hij is een bekende sterrenkok en zij verzorgt de pr voor zijn restaurant. Lynn stapt min of meer in een rijdende trein, Camiel heeft een bestaand leven, alles draait om hem en zijn zaak. In dat bedrijf lopen mensen rond die haar man al 20 jaar of langer kennen, waaronder zijn ex-vrouw. Lynn wordt subtiel tegengewerkt en er gebeuren steeds vreemdere dingen in en rond de villa waar zij met Camiel woont. Zij kan daar met niemand over praten omdat ze een affaire heeft, daarom wordt het steeds beklemmender.

 

Waarom koos je voor dit onderwerp/thema?
Al mijn thrillers gaan over gewone mensen die in ongewone situaties terechtkomen. De psychologie is leidend. Ik denk dat dat ook een van de aantrekkelijkheden van mijn boeken is; ik krijg regelmatig terug van lezers dat ze zichzelf of mensen uit hun omgeving in mijn boeken herkennen, en ook dat ze alles als een film voor zich zien. Geen zinnen en woorden meer lezen, maar in de wereld daar áchter terechtkomen. Beleving is voor mij de essentie van lezen. 
Ik heb voor Lynn als hoofdpersoon gekozen omdat iemand als zij, een jonge, knappe vrouw die het aanlegt met een succesvolle oudere man met een bestaande carrière, door de buitenwacht vaak wordt gezien als een golddigger. Ik vond het interessant om haar kant te onderzoeken. Hoe is het om zo iemand als Lynn te zijn? Daar waar het schuurt, krijgt een verhaal voor mij meerwaarde.

 

Verliep het schrijfproces soepel en hoe lang heb je eraan gewerkt?
Alter ego is het eerste boek dat ik van begin tot eind heb uitgedacht. Hoofdstuk voor hoofdstuk. Mijn man Berry en ik hebben ons een paar keer teruggetrokken in een vakantiehuisje; telefoons uit, post-its mee. Alleen maar brainstormen over het verhaal, de personages beter leren kennen. Aan de basis ligt de research, die ik serieus neem. Wat ik schrijf moet kloppen, of tenminste geloofwaardig zijn. Het verhaal speelt zich af in Roermond, dus ben ik daar meer dan eens geweest om de sfeer te proeven, de mensen, de huizen, de geluiden, hoe het licht valt, al die dingen in me op te nemen. We hebben er overnacht, gegeten en in het centrum en in de buitenwijken rondgelopen om voeling te krijgen met de dagelijkse realiteit voor Lynn en Camiel. Ik heb ook hulp gehad van mensen in het ziekenhuis in Roermond. Gedurende het schrijfproces word ik steeds meer de hoofdpersoon, leef ik me in haar wereld in. Alleen dan kan ik het verhaal zo authentiek mogelijk opschrijven.

 

Alles bij elkaar heb ik anderhalf jaar gewerkt aan Alter ego. Dat is inclusief het technisch finetunen waar evenveel tijd in gaat zitten als in het schrijven van de eerste ruwe versie. Ik blijf net zolang schaven tot het verhaal vloeit. Woorden die de boel ophouden worden aangepast of sneuvelen, soms halen complete hoofdstukken de eindstreep niet, soms moet er juist wat worden toegevoegd. Alles staat in dienst van de leesbeleving. Mijn vriendin zei me ooit: ‘Dat boek leest alsof je een kokosmat likt, vréselijk.’ Ik wil niet de schrijver zijn die zo’n leesbeleving opwekt. Je moet als lezer in een flow terechtkomen en ik doe er alles aan om die sfeer te creëren en hem vast te houden. Want ik vind dat zelf ook heerlijke boeken: die je het verhaal in trekken en je pas weer loslaten als het uit is. Die je een nieuwe blik geven op iets of iemand, die je laten nadenken over je eigen situatie of die van mensen om je heen. En daarna nog even blijven nagalmen.